Lekker weg in andermans land <$BlogRSDUrl$>
Click for Rotterdam, Netherlands Forecast
create your own visited country map

zaterdag, november 29, 2003

IK WIL ER ZIJN
Dinsdag 25 november hadden we genoeg gezien, gedaan, gehoord in de drukke binnenstad van Varanasi. Daarom verhuisden we naar het luxere hotel Surya, waar we etenderwijs al een keer polshoogte hadden genomen. De rest van de dag hebben we alleen wat geluierd in de mooie tuin van het hotel.
Woensdagmorgen al om negen uur ging de telefoon van onze hotelkamer. Aan de andere kant van de lijn een bekende Amerikaanse stem. Jawel Chris en Lisa, die we in Goa hadden leren kennen, hadden het met al hun bagage gered tot Varanasi en hadden een kamer in hetzelfde hotel als wij. Het was erg leuk om hun weer te zien. Een paar uur later liepen we met hun weer langs de ghats in de binnenstad. Ditmaal waren we van heel dichtbij getuige van een rituele crematie. Dit was erg indrukwekkend.
Chris en Lisa vonden dat na dit alles het tijd was voor een biertje en zo eindigden we in de erg donkere, vage Basant Bar en hebben hier de rest van de middag doorgebracht.
We maakten plannen om 's avonds op hun hotelkamer nog film te kijken, maar uiteindelijk was de middag erg slopend gebleken voor ons allen zodat we maar gingen slapen.
Voordat we donderdag de trein richting Calcutta namen hadden we nog een afscheidsdiner met Chris en Lisa. We kwamen de volgende dag drie uur vertraagd aan in Calcutta. We reden van het Howrah station over de gelijknamige brug richting het Sealdah station. Hier stalden we onze bagage omdat we 's avonds de nachttrein naar Darjeeling namen. De paar uur die we in Calcutta hadden hebben we gespendeerd aan het lopen door de stad en het zien van de St. Paul's Cathedral. We hadden nog veel meer willen zien, maar helaas -net zoals in Bombay- werkten de openingstijden niet mee.
Moe maar voldaan waren we klaar voor onze volgende nachttrein richting New Jaipalguri/Darjeeling. We belandden in een coupe met twee Zwitsersen en een Canadees. De treinreis was prettig en vooral ook snel. Waren wij in Goa de twee personen die het zo chaotisch vonden dat de Duitse Katherina pas wakker werd op de plek van bestemming, ditmaal waren wij degenen die nog half lagen te maffen toen de trein al op het perron stond. Haast, haast, heb ik alles, waar ben ik uberhaupt, stapten we de trein uit. Toen wij eenmaal goed en wel onze ogen open hadden namen we met zijn allen een jeep richting Darjeeling. De aankomst aldaar was te gek. Frisse berglucht, heerlijk, wat een paradijs! We belandden in een hotel in Engels koloniale stijl met een prima uitzicht.
En dan de thee!


woensdag, november 26, 2003

BAD
Vrijdag 21 november. Eenmaal gearriveerd in Varanasi werden we net zoals in Jaipur overspoeld door riksja-chauffeurs. De eerste die er enigszins betrouwbaar uitzag had een kapot voertuig, zodat we de volgende namen. Deze was duidelijk op commissiejacht en zette ons bij het verkeerde hotel af. Gelukkig wist de receptionist van dat hotel waar het Vishnu Rest House was. We gingen daar eerst maar eens slapen. Een paar uur later was het alweer tijd voor het diner, dat wij gebruikten in hotel Surya. Het leek ons prettig om daarheen te verhuizen: buiten de oude stad bood het enige garantie op goede maaltijden. Aangezien we dan steeds op en neer zouden moeten om de pelgrims zichzelven ritueel te zien wassen, besloten we hiermee te wachten tot onze vrienden Chris en Lisa zouden komen.
De volgende morgen raakten we aan het ontbijt in gesprek met een Australier, Jaga genaamd, en dat leverde een lollig geprek op. We deden behalve een rondje langs de ghats (de trappen naar de Ganges waar de pelgrims volgens een nauwgezet ritueel hun zonden wassen en de doden gecremeerd worden) niet veel en besloten met Jaga ook te dineren. De Varaniseze fietsriksja's zijn het enige middel om zonder al teveel gedoe mee door de stad te komen maar hun bestuurders spreken geen Engels. Het rijden van en naar een goed restaurant (buiten het oude centrum) neemt dan ook veel meer tijd dan het eten zelf. De heenweg nu was goed, het diner ook, maar de riksja terug dwong tot een wandeltocht langs de Ganges om terug in ons hotel te komen.
De volgende dag, zondag 23 oktober, zouden we met Jaga een boottocht over de Ganges maken. Om het echte rituele wassen te zien moet je vroeg opstaan en dat deden we dan ook. Om zes uur dobberden we door alle vervuiling (de Ganges heeft bevat op dit punt 500 maal het voor zwemmen toegestane promillage giftige stoffen) zonder plannen om te gaan frisbieen. We zagen de ghats gebouwd door maharadja's, mooie gebouwen, en enkele pelgrims.
Ook zagen we een zogeheten brandghat.
Dit is confronterend. Een crematie live zien plaatsvinden went niet snel. Niettemin is dit voor hindoe's het hoogste: de Ganges is de heilige rivier en Varanasi is aan die rivier het heilige der heiligen. Hier gecremeerd worden betekent ontheven worden van de cyclus van reincarnatie. Hier komen mensen om te sterven. Tegelijk is dit de reden dat de Ganges zo vervuild is. Voor een ritueel bad moet het geloof dan ook sterk zijn. Dat is het voor de meeste hindoe's.
Als bezoeker moet je niet verbaasd zijn hier lichamen te zien drijven. Wij zagen inderdaad een koeienkadaver. De boottocht maakte al met al nogal indruk en we besloten de rest van de dag niet veel te doen. Die avond spraken we met Jaga af vor het diner, ditmaal in El Parador. Jaga had een autoriksja (hij vertrok die avond naar Nepal) en wij namen een fietsriksja. Onze riksjarenner wist niet waar het restaurant was en reed maar wat rond. Onze routesuggesties volgde hij niet op. Hij zette ons af bij het busstation, dat dichtbij het restaurant moest zijn.
We vroegen overal maar kregen alleen vage aanwijzingen. We voelden ons schuldig: ging hier iemand door ons geemmer de bus missen?
Gelukkig niet; eenmaal in het restaurant aangekomen belandden we van de hel in de hemel. Ja, Jaga was er geweest en had er gegeten. Hij liet groeten en excuses voor het vroege vertrek achter. Tien kilo lichter bestelden we Mexicaanse maaltijden. Die waren geweldig en neutraliseerden ons gewicht weer. Hoe was het mogelijk in deze onsympathieke stad. En ze hadden muziek, U2.
Wij zijn nog nooit zo blij geweest met U2.

zaterdag, november 22, 2003

DE VAL VAN DE HEERSER
Na het indrukwekkende bezoek aan de Taj Mahal, woensdag, gevolgd door diner in een heel goed restaurant, begonnen we Agra echt top te vinden. Omdat de tijd drong, besloten we toch de volgende dag 's avonds te vertrekken. Maar niet nadat we Fatehpur Sikri hadden gezien, een spookstad 40 kilometer ten westen van Agra. Donderdagmorgen rond negenen vertrok een auto gevuld met chauffeur, twee Australiers, een steeds verkoudener Wouter en rap beterende Erika naar de spookstad. Ha, weer eens wat anders dan alle forten die we in Rajasthan hadden gezien (om dezelfde reden besloten we het Agraische fort niet te bekijken) - maar zeker niet minder obsoleet. De paleizen die Akbar hier rond 1570 voor zich liet bouwen waren zeker indrukwekkend, evenals zijn eigen leven en werk. Hoewel de heerser ooit torens liet bouwen van de schedels van zijn overwonnen vijanden (het echte natrappen!) en 5000 echtgenotes had (keuzevrijheid boven alles!), tolereerde hij alle religies anders dan zijn eigen geliefde Islam. Vrij ongebruikelijk rond die tijd en voor islamieten uberhaupt. De spookstad had dan ook een Diwan-i-Khas, waar il principe met theosofen van diverse origine discussieerde over alle aardse en minder aardse zaken. Irrigatieproblemen kostten dit Indiase Wilnis uiteindelijk de kop. Aan Akbar lag het niet.
Buiten de spookstad was de Jama Masjid, de moskee die Akbar liet bouwen. Ook geen half werk. De ingang was 54 meter hoog! Voor we op het centrale plein kwamen, moesten wij onze schoenen uittrekken. Dat droeg natuurlijk nog bij aan het overdonderende effect. Bij het naar buiten gaan bleek dat je ook nog moest betalen voor het bewaren van de schoenen. Niet vanwege die paar piasters, maar zat Allah soms om geld verlegen?
Dezelfde avond namen we de trein naar Varanasi, de heiligste stad die een hindoe zich maar kan voorstellen. Zes postpuberale negentienjarigen zaten tegenover ons en lieten hun ogen van ons naar een soort lokale Webber rollen, waar naar later bleek ook weer Jana Gupta instond, het fotomodel dat de superhelding was van de Bollywood-film waarin we hadden gefigureerd.
Er bouwde zich vijandschap op, tot een van de kerels, Bravin, ineens in het Engels vragen ging stellen. Wouter moest de vragen beantwoorden, ed dab bas best boeilijk bed die loobdeus. Wel werd het plotseling heel gezellig. Het hemd van het lijf bevraagd stapten we de volgende morgen uit aan de Ganges.

woensdag, november 19, 2003

GEEN CENT TEVEEL!
Maandag 17 november. Niet alleen voor degenen die in Nederland hard aan het werk zijn begon de week vroeg, voor ons recreanten ook. Om kwart over zes 's ochtends reden wij reeds in een riksja naar het station van Jodhpur.
Vervolgens reisden we met de Marudhar Express van Jodhpur naar Agra. We kwamen hier dertien en een half uur later aan. Het vervoer naar hotel Tourists Rest House verliep vlekkeloos. Het hotel had nog 1 kamer over. Deze was wel iets boven ons budget, maar was zeker goed. Aangezien wij hadden vernomen dat de Taj Mahal voor toeristen nogal prijzig is, wilden we dit graag compenseren door een goedkopere kamer in het hotel. Zo kwam het dat wij de volgende ochtend na de uit-check tijd naar een goedkopere kamer verhuisden. De rest van de dag hebben we ons beziggehouden met wat crypto-krakers en boeklezen. Toen wij 's avonds op een harde plank in slaap vielen merkten we ons prijsvoordeel!
Vandaag, 19 november probeerden we alvast een treinkaartje te halen voor de volgende reis richting Varanasi. Helaas kregen we te horen dat de treinen richting Varanasi nogal vol zitten. Maar niet getreurd, wij staan op een wachtlijst en de man achter de balie garandeerde ons voor 100 procent dat wij morgenavond in de trein zitten.
Door naar de Taj Mahal, een van de zeven wereldwonderen!
Toen we eenmaal voor het kaartjes loket stonden werden we door een vriendelijke medewerker aangesproken; dankzij de Unesco World Heritage Week konden we vandaag gratis naar binnen!
Zeer verblijd aanschouwden we het wit marmer, megalomane gebouw. De Taj Mahal is gebouwd door Shah Jahan uit liefde voor zijn tweede vrouw Mumtaz Mahal die in 1631 overleed. Hij kon het verdriet niet verdragen en besloot daarom dit mausoleum te plaatsen. Tegen zonsondergang kleurde het witte marmer, lichtroze.

zondag, november 16, 2003

RAJASTHAN A FORTIORI
In de nachttrein naar Jodhpur beleefden we de eerste Indiase kou. Loopt de Nederlander vanaf oktober in de gewone grijze winterlompen, de reizende Indier maakt er een heel spektakel van. Rond het ochtendgloren is de argeloze westerling omgeven door ingepakten met aan elk lichaamsdeel een soort PLO-sjaal of theedoek. Het schijnt wel te helpen want onze medereizigers hadden het niet koud, of hielden zich goed.
Rond half acht kwamen we aan op de bestemming. Een ontbijtje op het terras van het hotel deed denken aan de wintersport: voor ons het enorme fort, met daarop een strakke zon en een wilde frisheid van bedoeinen. Niet te geloven dat dit de rand van de Thar Woestijn was. We raakten 's middags aan de praat met een vriendelijke Belgische.
De volgende dag, woensdag, gingen we niet meteen het fort bekijken dat de voormalige residentie van de maharadja's is, maar het uit 1944 stammende paleis Umaid Bhawan, waar de huidige maharadja zijn dagen slijt. Zoals ook al bleek in het Moesson Paleis in Udaipur, zijn de maharadja's door toedoen van Indira Gandhi hun macht helemaal kwijt en de huidige maharadje houdt zich dan ook voornamelijk bezig met het onderhouden van het erfgoed van zijn dynastie. Het kasteel was dan ook prima in orde.
De Jodhpurezen zouden we echter een cent dan wel een flinke kaakslag willen geven. Mochten andere Rajasthani op straat doorgaan voor aangenaam gestoorde halve wilden, Jodhpurezen tellen voor twee als het gaat om intimiderend aanstaren, uitlachen, 'per ongeluk' aanraken en ellebogenwerken in het verkeer. Wat een mazzel dat het fort nog bestaat. Dit fort is namelijk reusachtig, en het nam dan ook de hele donderdag om het te bekijken. Erika had een audiogids in het Engels, Wouter in het Duits. Zo de verhalen vergelijkend kregen we een aardig idee van de heldendaden en wreedheden die hier in de naam van eer en trots zijn begaan, al een half millennium lang. Het ene prachtige hofje volgde op het andere. Indrukwekkend, dit Meherangarh fort, dat bovendien 125 meter boven de stad ligt en zo prachtig uitzicht biedt op de vele blauwe huizen.
Erika voelde zich al een tijdje wat slap en verkouden. In de nacht van donderdag op vrijdag volgde een koortsachtige aanval. De hotelreceptie zei dat we maar tot de volgende morgen moesten wachten met het ondernemen van acties. Mismoedig en met slappe schouders bracht Wouter deze boodschap aan de lijdster, die op de kamer was gebleven. Maar een fles water was toch wel nodig. Daarom snelde de jonge recreant naar het dakterras, dat op dit uur van de dag geen etenswaren aanbood en geheel verlaten was. Wouter had goed opgelet tijdens het wachten op vloeibare bestellingen en haalde dan ook zo een fles water uit de onbeveiligde koelkast.
Vrijdagmorgen volgde een bezoek aan dokter Anand Goyal, die bloed en zo nog wat zaken liet testen. Tijdens het verpozen in de wachtkamer was het goed mensen kijken. Aan de vele pupillen die al onze acties volgden, konden we zien dat dit een algemeen onderschreven mening was in de wachtkamer. Sinterklaas ontbrak echter, en terecht - drukke bezigheden elders. Hij zou echter tussen de hindoe-goden geen slecht figuur slaan.
Dezelfde middag nog kregen we de uitslag van de test die de dokter had laten doen: een bijholte-ontsteking, die op een rontgenfoto overtuigend kon worden aangewezen. Een antibioticum volgde, en nog wat symptoombestrijders, zodat Erika tegenwoordig als ontbijt een pil of zes naar binnen werkt. Dat zou over vijf dagen weer afgelopen moeten zijn.
Zaterdag sloeg de penicilline genadeloos toe, zodat het een rustige dag werd. Zondag moesten we weer terugkomen bij de dokter, ter observatie van de voortgang. Die was goed, het mensen kijken ook weer. Daarop ging Erika rustend toeven en bezocht Wouter dat derde monument dat Jodhpur rijk is: Jaswant Thada, een witmarmeren herdenkingspaleis en mausoleum voor de maharadja's. Anno 1899 is dit een prachtgebouw, met weer een mooi panorama op de blauwe stad.
Jodhpur leverde behalve mooie gebouwen en vergezichten ook een vliegticket van Calcutta naar Bangkok op (we vliegen 10 december), en een treinkaartje voor morgen, 17 november, naar Agra.

maandag, november 10, 2003

ER GAAT NIETS BOVEN BARODA
Na boeiende bezoeken aan een museum en het planetarium is er in Baroda weinig anders meer te doen dan wachten op het vertrektijd van onze trein en genieten van de overheerlijke kruidwaren alhier. Een soort marsepein in smaken als pistache, cocos, enzovoort. Verder hebben we geprobeerd de site wat overzichtelijker te maken. Deze heeft namelijk in de Leeuwarder Courant gestaan. Uit zelfde courant begrepen dat Groningen wegens het gas boren in dienst van de schatkist weer eens een aardschok te verduren heeft gehad. 3,0 Richter.
Twee jaar geleden vond hier in de deelstaat Gujarat een aardbeving plaats met een kracht van 8,7 op dezelfde schaal. In Baroda zijn de gevolgen nog goed te zien. Bijna alle gebouwen hebben wel scheuren in de muren en her en der liggen open plekken. Daar vermoedt men dan een inmiddels ter ziele gegaan gebouw.
Het humeur van de Barodaren lijdt er gelukkig niet onder. Iedereen hier is vriendelijk en opgewekt. Velen heten ons welkom en willen weten uit welk land we komen. En asceten he. Geen vlees en vooral geen drank. Precies Groningers.

zaterdag, november 08, 2003

MENSEN, DIEREN EN DE ZON
Donderdag 6 november hielden we Bombay voor gezien. We namen een taxi naar Bombay Central. Daar stond een groot Mc Donalds bord: Boo - we're right behind you. Hier namen we een milkshake alvorens onze reis naar Vadodara, ook wel Baroda genoemd, aanving. Maar goed ook, want de treinreis was een onvrijwillig sociaal gebeuren. Nog nooit zagen we zo'n hoge bevolkingsdichtheid. Deze zag ons wel. We werden van alle kanten aangeloerd. We belandden eerst tussen een vies gezin, dat ons alle beenruimte ontnam. Vier vrolijke vrienden redden ons uit deze benarde situatie door met het gezin van plaats te ruilen. Op een volgend station werd het wij-gevoel nog sterker. Was dit voor het Guiness Book of World Records?
De reis duurde zes uur, maar door toedoen van de studenten werd het gezellig praten tussen neus en elleboog door. Om half acht stapten we uit in Vadodara. We vonden een goed hotel. Daar tegenover was een restaurant. Eenmaal hierbinnen snelden van alle kanten obers toe om allerlei Indiase delicatessen op ons thali bord te deponeren. Wouter werd hier nogal zenuwachtig van. Even rustig eten zat er niet in. Het personeel was behalve overspannen overigens erg aardig en legde alles uit.
Vrijdag bekeken we het park Sayadi Bagh. Daar bezochten we het stadsmuseum en het gezondheidsmuseum. In het gezondheidsmuseum werd Wouter gewogen en 56 kg bevonden. Ook hebben we de dierentuin bezocht. Voor veel dieren passeerden wij de revue: Reuze papegaaien, flamingo's, beren, apen, uilen, tijgers, leeuwen, luipaarden en zelfs een nijlpaard. Daarna werd het tijd voor het planetarium. Vijf uur Engelse voorstelling. Eenmaal op de stoel gezeten werden onze oren bestookt met Hindi teksten. Gelukkig viel de elektriciteit uit, zodat we ongezien weg konden lopen.
's Avonds lieten we ons per riksja vervoeren naar het Welcomgroup Varodara hotel voor een biertje. In de deelstaat Gujarat is alcohol verboden, maar op sommige plekken kun je met behulp van een drink permit alcohol bemachtigen. Het hotel bleek niet zo'n plek. Het was poenig. Hoewel wij niet geheel aan de kledingvoorschriften voldeden, lieten ze ons toch binnen. We dronken thee en verlieten hierna min of meer voldaan het pand.
Zaterdag 8 november. 2 maanden op reis! We liepen naar het Maharaja Fateh Singh Museum. Hier waren verschillende kopieen te zien van Europese schilderijen en sculpturen. Het personeel was enthousiast en wilde ons in een hoog tempo meesleuren door de zalen. Na een kort bezoek en een leuk gesprek met twee zakenlieden uit Hyderabad stonden we weer buiten. We gingen het nog een keer proberen in het planetarium. De sterren stonden nu gunstig. De show ging over 1 van hen, de zon.


vrijdag, november 07, 2003

BOLLYMOODS
In Bentley's hotel wordt tot 10.30 ontbijt geserveerd. De wekker stond dus op 10.15. Waarom dan toch stond de ober om acht uur des morgens van de vierde november met geheethangijzerde toostjes en koffie in de houding voor de deur? Ach, het smaakte goed. Pas uren na het echte opstaan beseften we dat het ontbijt waarschijnlijk verkeerd bezorgd was en dat er dus enkele gasten voor niks de wekker hadden gezet. We gingen naar het Churchgate station om treinkaartjes te reserveren. Een oase. Geen rij. Niet alleen ticket naar Varodara maar ook van Varodara naar Jodhpur gekocht. De dienstdoende ambtenaar dacht eerst dat het laatste kaartje ook daadwerkelijk in Varodara moest worden gekocht maar meldde ineens blij verrast dat het ook in Bombay kon. Gezien eerdere ellende met treinkaartje liepen we als winnaars van een boksduel het reserveringskantoor uit. Die dag bleek het begin (of het eind, whatever) van de ramadan te zijn, zodat in Bombay geen bier te verkrijgen was. De avond was echter geen afknapper want we werden aangesproken door een scout van een productiekantoor voor films. Of we wilden figureren in een blockbuster? Ja natuurlijk, Bollywood! De volgende morgen om acht uur stonden we voor de McDonalds, HET ijkpunt van ieder bezoek aan welke stad dan ook. Na wat wachten reed een bus vol Europese figuranten in de dop richting een soort opslagterrein, waar een Londense discotheek vol Indiase dansers met Engels publiek moest worden geensceneerd. Twee Russen, een Deense lasser, twee Duitsers, een Frans stel, een Tsjech, een Schotse wereldreiziger, een Engels ruziend stel en twee Schotse pubers alsmede wij moesten hierbij het decor zijn. Een meisjes- en een jongensdansgroep, gehesen paarse stoei- respectievelijk in maanpakken, vormden op hun beurt weer het decor voor het stralende middelpunt van de film, Jana Gupta. Een Indiase diva, die uit de modellenwereld door toedoen van haar steenrijke echtgenoot nu het filmwezen bestormt.
Dat was te zien.
Meestal was het model de reden dat de takes over moesten. 1, 2, 3, 4 ... cut. De figuranten moesten op de achtergrond uitbundig meezwiepen op een soort jaren zeventig house beat. Dat was ons allen toevertrouwd. Een van de twee Russen, Yuri, vertelde ons over hun indrukwekkende reis vanuit St. Petersburg over land via Irak naar India. In Irak waren ze nog opgepakt door Amerikanen, aangezien het niet regelmatig is dat rugzaktoeristen, en dan nog Russische, in het bezette Irak rondlopen. LET OP EVEN MEEHOSSEN gaf men ons te verstaan. La la la la en Yuri liet een biljet van vijf dinar zien met het hoofd van Saddam Hoessein erop. Echte helden, deze Russen. En dansen konden ze ook.
Omdat het zo lang duurde, werd het figurerend publiek vermoeid. Dit uitte zich in steeds onbenulliger dansen om de spieren fris te houden. De technici vonden het prachtig. De Tsjech was een boek gaan lezen. De Deen probeerde te slapen. In de bus terug naar de gouden M zwaaide de Scandinavier, die Lars heette en op tijd weer wakker was geworden, naar passerende auto's en sleepte zo pardoes nog het visitekaartje van een professioneel goochelaar in de wacht!
Hocus pocus!
Aangezien alle figuranten een trotse 500 roepi rijker waren, spraken we in cafe Leopold's af. Daar bleken alleen het Engels koppel en de Schot van de partij. Het Engelse koppel bleek ruzie te hebben over de voortgang van hun wereldreis, die zes maanden zou duren. Ze hadden geen relatie maar zij wilde verder en hij had een vriendin thuiszitten en vond India maar niks dus een vliegtuig richting Delhi en dan een naar Heathrow leek hem het beste vervolg. Zij had alleen haar bedrijf voor de reis opgegeven...een koningsdrama.
De Schot, Leslie, bleek net als de Deen een uiterst ervaren en geslepen wereldreiziger. Leopold's is een duur maar prettig oord. Leslie combineerde beide door zelf rum te kopen en die bij zijn frisje te kiepen. Een wantrouwige ober vertrouwde hij toe dat hij een hele erge zere keel* had. Nattermann. Bij het verlaten van het oord rook de ober nog snel even in het glas. Damn tourists.
* zie Asterix en de koperen ketel


dinsdag, november 04, 2003

EXTREME ZEEBONK
Het vissen van Chris en Lisa draaide uiteindelijk op niks uit, aangezien het water te troebel was. Eigenlijk was Erika hier wel blij om, anders had ze 's avonds aan een visbuffet deel moeten nemen.
In het kader van het zeegebeuren het volgende: we zijn een Nederlandse ruwe zeebonk in wording uit de Achterhoek tegengekomen. Zijn openingszin: "Zo, Jan Kaas is er ook?", vingen wij niet geheel begrijpend op. En het gesprek dat volgde ging een beetje moeizaam. Hij bleef maar herhalen dat hij een dagje vrij was en wij bleven maar antwoorden dat dat mooi was. Uiteindelijk vroegen we maar of hij misschien in de buurt werkte en wat zijn functie dan wel was. Hij was stagiair op een sleephopperzuiger, een wat? Een sleephopperzuiger! Dit houdt min of meer in een schip dat blubsie opslurpt. Hij werkt voor Ballast Ham en ze maken in Zuid-Goa een nieuwe haven. Hij brengt iedere dag door in de machinekamer van de sleephopperzuiger en ziet hierdoor geen daglicht. Wij vroegen ons af of dat niet erg deprimerend is, maar hierop antwoordde hij (vrij depressief) dat het hem helemaal niet uitmaakte en dat eigenlijk uberhaupt niets hem interesseert. Hij had bijvoorbeeld wel zijn "ouwe lu" kunnen bellen, maar had daar ook geen zin in.
Zijn zeemaat had hem verlaten en op dit moment was dat erg jammer (zo op zijn vrije dag). Nu moest hij, zoals elke ruige zeebonk doet, alleen achter de wijven aan.
Later vroeg hij nog of Wouter dan niet met hem mee op stap wilde, maar deze had geen ambities om zijn toekomst als zeebonk voort te zetten en heeft dit aanbod dan ook gauw afgeslagen.
Zondagavond was onze laatste avond in Palolem. We zijn die avond weer met Chris en Lisa uit eten geweest. Alhoewel Chris wel aan de fucking diarrhoea was. Maar dit alles weerhield hem er niet van om cheese prawn balls te bestellen en een paar reuzengamba's. Daarna nog even aan de bar naast ons bamboeresort gezeten, waar Chris nog vertelde dat hij allerlei medicamenten had meegenomen en dus op alles voorbereid was. Hij had bijvoorbeeld muggenspray dat 100% Deet bevat. (normale hoeveelheid ca. 50% en dan schroeit je huid al aardig). Volgens hem voor extreme situations. Ja je kan niet voorzichtig genoeg zijn.
Op maandagmorgen stonden we om vier uur in een uitgestorven donker Palolem op de besproken taxi te wachten. We werden naar Canacona station gebracht waar de trein om vijf uur zou vertrekken. Er was op het station geen kip te bekennen alleen een beambte die ons meedeelde dat de trein een uur vertraagd was... Ondertussen arriveerde nog een eenzame reiziger uit Nieuw-Zeeland op het station. Hij had de hele nacht doorgehaald en wilde graag in de trein gaan pitten. Om zes uur was daar dan toch de trein. Dertien uur en (voor de Indiase reizigers) vele snacks later, arriveerde we in Bombay. We hadden al gauw een taxi chauffeur gevonden om ons naar Bentleys Hotel te brengen. Onderweg praatte de vriendelijke Sikh honderduit over zijn liefde voor whiskey. En Bentleys is een luxe en fijn hotel. Daar had hij helemaal gelijk aan.

This page is powered by Blogger. Isn't yours?