Lekker weg in andermans land <$BlogRSDUrl$>
Click for Rotterdam, Netherlands Forecast
create your own visited country map

vrijdag, oktober 31, 2003

BUREN
Beste lezers, wat houdt u het toch lang vol! Dank daarvoor en excuses voor het wegvallen van de rechterzijkant van de site. Het zou nu opgelost moeten zijn.
Het probleempje met de site hield ons in ieder geval even van de straat. Na ruim een week Goa-inertia was het een bjusterbaarlik barren, evenals het gedrag van onze buren.
Al toen wij in opvangcentrum Waves ons bamboehutje betrokken, waren ze er. Een Amerikaans-Brits stel. Hij kwam duidelijk uit New York. Veel fucks en shits en een harde stem. Hij zag er uit als een mengeling van Def P en de boze buurman uit American beauty. Zij moest dan wel het Britse deel zijn. Meer dan een week wisselden we plichtsgetrouw goedemorgens en hoe gaat hets uit. Hun tatouages waren wel opgevallen, die waren zeker erg fraai. Ze waren onafscheidelijk. Van elkaar maar ook van een zwerfhond waarvoor ze af en toe eten bestelden. Dat maakte ons een beetje bang. Maar we leken het met onze beleefdheden te gaan redden zonder akelige stiltes en blunders. Tenzij Wouter van een trapje zou vallen ofzo.
Tot eergisteren. Terwijl uw auteurs een frisje dronken in de naburige bar, kwam hij zomaar binnen. Joviaal en wel kwam hij erbij zitten en informeerde hoe het ons ging. Daarop vroegen we ook zijn geestelijke gesteldheid. "Doin' fucking fine brother, just cool shit.". Hij bleek bassist en had de hele VS rondgetourd. Zijn vrouw was ontwerpster geweest in New York. Daar hadden ze genoeg van en als laatste woeste daad voordat ze zich permanent in Devonshire zouden vestigen, waren ze gaan reizen door India.
Hij vertelde een goed antwoord op de hier net als in Jaipur altijd doorvragende taxichauffeurs: "I walk around fucking half naked. What makes you even THINK I want to use your cab?" Het werkt.
Na dit diepgaande gesprek hadden we gisteren samen met Chris en Lisa de avondhap. Haai in het geval van Wouter en kip tandoori in het geval van Erika. Leuk gesprek gehad met deze lieve, avontuurlijke, impulsieve mensen over wat men zoal gezien had sinds de reis vanuit Delhi (waar zij ook begonnen waren). "The first guy that shows me a fort again I'm gonna kill" Ze hadden massa's vuurwerk meegenomen om het einde van Diwali te vieren. Hun geadopteerde hond rende achter de vuurpijlen aan in plaats van onder tafel te kruipen. Ook voor een hond is dat ballen hebben, al is hij een hond.
Vandaag zijn ze op inktvis aan het jagen met een zelfgemaakte handtas.
Meer reuring dus in de hut. Bovendien worden er nu driftig hutjes bijgebouwd want half november begint hier het hoogseizoen. Gelukkig gaan we ruim daarvoor weg. Maandag 5 uur 's morgens vertrekt de trein naar Bombay, terug de echte wereld in.

zondag, oktober 26, 2003

ETMAAL IN PALOLEM

Wakker worden.
Besluiten om eerst te gaan zwemmen.
Daarna ontbijten.
Zien dat het warmste deel van de dag zich aandient.
Iets lekkers bestellen.
Zeker niet voor drieen weer het water in.
Frisbee kopen.
Een boekje lezen.
Dit een goed boek vinden.
Toch geen zin meer hebben.
Daarom weer de zee in gaan.
Frisbeeen in de branding.
Hier te lang mee doorgaan.
Op een schelp stappen.
Zich realiseren dat men zich niet heeft ingesmeerd.
Douchen.
Elkaar daarna The Big Lobster noemen.
Ter afkoeling een white russian drinken aan een strandbar.
Op internet lezen dat in Nederland de eerste vorst heeft ingezet.
Blij zijn voor alle landgenoten.
Dat scheelt weer muggen dus slapeloze nachten.
Zich herinneren in Panjim Ruud Lubbers op tv te hebben gezien.
Niet inzake de Pellestijns maar de Irax.
Zich proberen te herinneren wat hij ook weer zei.
Hier niet in slagen.
Was het tijdens zijn premierschap ook al niet zo?
Duitsers vragen wat Uberhangmandate zijn.
Een goede uitleg krijgen.
Het niet begrijpen.
Gin tonics en bacardi breezers bestellen.
Deze zich goed laten smaken.
Aan de bar betalen.
Naar de gehuurde bamboehut lopen.
Tanden poetsen.
Dit klokken op 10 min 30 sec
Eenmaal in bed klamboe goed om zich heen onder het matras stoppen.
Op een winkelhaak in de klamboe een pleister plakken.

herh.

woensdag, oktober 22, 2003

HET BESTE ONDER DE ZONDVLOED
Dinsdagmorgen. Voor de laatste keer ontbeten we in hotel Venite en namen toen de bus naar Margao. Vandaar zouden we naar Palolem reizen. Bij het instappen zetten we onze tassen op de banken voor ons. Er was voor hen geen plaats in de kofferbak en op schoot ging niet. De rondom ons aanwezige Indiers lieten meteen weten wat ze ervan vonden en lachten ons uit omdat wij natuurlijk geen kaartje hadden gekocht.
NIETS IS MINDER WAAR, PRUTSERS!
In plaats van het toegeven aan de behoefte om er een te gaan slaan of tegen zijn knieen te trappen namen we de tassen op schoot. De reis werd daardoor een bescheiden nachtmerrie. Badend in het zweet stapten we uit in Margao.
De volgende busreis ging beter maar Wouter had toch zijn primitieve neigingen wel zitten opkroppen. Hij was nog steeds bozig aan het mokken toen na een flinke wandeling over het strand eindelijk een bamboehut was gevonden. Maar eenmaal met een biertje voor het rustieke hutje gezeten ging het wel weer met hem. Hij had zich weer eens wat te veel uitgesloofd.
Die avond raakten we aan de praat met twee van de hier veelvuldig aanwezige Duitsers. Hij, eigenaar van een biertuin, en zij, werkzaam in de metaal, waren erg aardig en komisch. Prima avond, die eindigde met een gesprek met een aangeschoten Brit.
Woensdagmorgen bij het wakker worden zagen we pas wat een fantastisch oord dit is. Geen kiezels, kwallen, algen of prut op het strand, geen toeristenflats. Louter palmen en bamboehutten, hier en daar onderbroken door een bar. Water 28 graden - Celsius, uiteraard. Opstaan, een boekje lezen en vervolgens wat zwemmen. Daarna boekje weer ter hand. Een rondje hardlopen over het strand zorgde voor trek in een volgende hap. Waarlijk, het leven begint qua tempo van voetbal meer op cricket te lijken: men leeft van snack naar snack.
De hap nu gingen we eten in een Mexicaans restaurant. Heerlijk gegeten. Onderwijl barstte een enorme onweersbui los. Toen die een uurtje later over was en wij blij waren dat ons tafeltje een dwarsplankje tussen de poten had, gingen we maar weer.
Vanavond voetbal kijken op het strand met de biergartners.

maandag, oktober 20, 2003

CULTUUR MET BALLEN
Zaterdag, de eerste dag in Goa, werd besteed aan een vruchteloze tocht over een soort Gazastrook naar het Goa State Museum. Het lag niet alleen in een dorre valkte van half lege kantoorgebouwen, dubbelbaanswegen die ineens ophielden en zandvlakten die je ervan verdacht mijnenvelden te verbergen, ook was het in het weekend dicht (Hadden we nog helemaal niet gehad deze reis!). We besteedden de rest van de dag aan het lopen door de nauwe Portugees aandoende straatjes van Panjim en het eten van pasta in het favoriete restaurant Venite. Daar smaakten port en wijn erg goed, zo goed zelfs dat we maar een blok om zijn gaan lopen alvorens te gaan slapen.
Zondag 19 oktober. Old Goa. Tot 1843 was dit de hoofdstad van Portugees Goa. Aanvankelijk was Old Goa een welvarende plek met evenveel pompeuze kerken en kathedralen als Lissabon. Na een epidemie in 1635 zette het verval echter in en daarna is het eigenlijk nooit meer goed gekomen.
Voor toeristen des te beter. Het nu rustieke dorpje kan je precies op een dag bezichtigen. Op 9 km van Panjim is het met de bus goed te bereizen. We hadden, eenmaal aangekomen op het Kadamba busstation, meteen een bus. Een aanpalende bus botste bij het uitparkeren tegen onze bus, en stootte een ruit op schoot van een medepassagier in onze bus. De glazige passagier en de buschauffeur reageerden onbureaucratisch, we reden gewoon door. Extra ventilatie.
In Old Goa was de eerste bezienswaardigheid de kerk van Fransiscus van Assisi. Een fraai gebouw uit 1661, dat ook een archeologisch museum heeft met daarin portretten van bijna alle Portugese gouverneurs in Goa tussen 1510 tot 1961. Heel wat kerels, met elk heel veel onderscheidingen op de geuniformeerde borst. Consequent wordt het einde van de Portugese periode (India kickte ze er toen uit) aangeduid als bevrijding. Of de Goanen er zo over denken is twijfelachtig, we zagen in de krant een aankondiging van iemand die zijn naam in het Portugees had veranderd.
Na de kerk was het tijd voor de Se Catedral (1652). Een geweldig gebouw omdat het van buiten uit allerlei losse delen in verschillende stijlen lijkt te bestaan terwijl het van binnen een coherent octagonaal geheel is. Supergaaf om te zien. Daarna volgden nog de kerk van St. Cajetan, de gouverneurspoort, de basiliek Bom Jesus, het museum voor christelijke kunst en de ruine van de St. Augustijner kerk. Een hele klus, in de natte hitte. We zweetten ons de pleuris maar dat werd verlicht doordat een Braziliaans-Iers stel ons aansprak. Leuke mensen.
Terug in Panjim gingen we naar cafe Quarterdeck. Daar speelde op stadionvolume November rain van Guns'n Roses. Rare plaats en tijd voor zo'n lied. De moesson is van juni tot begin oktober.
Maandag zou het Goa State Museum weer open zijn. Vermoedt men al na het in gesloten staat zien van dit pand een Boudewijn Buch-achtige ervaring, eenmaal open is er geen houden meer aan. Overdadig overtollig personeel, wijzelf als enige bezoekers. We werden constant geschaduwd door een man met uniform en hoedje. Erg mooie moderne kunst, een mengelmoes van hindoe-, christelijke en meer wereldse schilderijen, sculpturen en zo meer. Ook aanwezig: een lottomachine van hout in perfecte conditie! Je weet wel, met ballen die eindeloos ronddraaien in een soort cementmolen, tot er 1 uitrolt. Mooie, mannelijke machines die veel gokgrage Goanen gelukkig hebben gemaakt tot de 'bevrijding' door India.
Helaas was er geen museumwinkel, zodat we geen ansichten of miniatuurballenbad hebben gekocht.

zaterdag, oktober 18, 2003

ER IS WIJN AAN HET EIND VAN DE TUNNEL
Vrijdag 17 oktober stonden we om 6 uur 's ochtends al te onderhandelen met taxichauffeurs. We kregen hulp van de hotel portier en hierdoor belandden we snel op het Victoria Trainstation. Hier was het leven al volop in gang. Om 07.05 vertrok onze trein naar Goa.
Een zeer vriendelijke meneer wees ons onze plaatsen in de trein...en moest hiervoor 30 roepie hebben....tsja dat soort dingen overkomen je als je zo duf overkomt en bent.
Onze medereizigers waren een Duitse en een Amerikaan.
De reis was echt de beste die we konden hebben. Geen volgepakte coupé's en super uitzichten!
In Nederland heeft Albron Travel Catering er de brui aan gegeven, maar hier heeft men het net ontdekt. Wouter bestelde een lunch bestaande uit rijst met curry prut, heel smakelijk volgens hem.
De reis zou 16 tunnels passeren en Erika's administratie drift stak weer de kop op. Lekker tellen. Halverwege de treinreis gaf ze het tellen maar op, want het waren er veel meer, moesten de kleine tunnels nou meegerekend worden of niet?
Om 17.00 uur was onze Duitse metgezel al op het station van bestemming, dit was eerder dan gepland dus moesten we haar wakker maken. Met een blik van: " zeg zouden jullie niet eens even helpen" keek ze ons aan. OK. troep in tas gedouwd, zelf stond ze te klungelen met haar slippers die ze ook buiten had kunnen aantrekken, en haar naar buiten gemanouvreerd.
Ze was vriendelijk, maar behoorde zeker tot de categorie chaotische reizigers.
Een kwartier later was de Amerikaan op zijn bestemming en om half zes (anderhalf uur eerder dan wij gedacht hadden) zetten wij voet op Goaanse bodem.
Per taxi lieten we ons vervoeren naar de plaats Panjim, waar we voor ons hotel werden afgezet. Wat een vlekkeloos goeie reis. Al gauw vonden we een restaurant, een voormalig Portugees huis, waar we de afloop van de prima reis vierden met Goaanse worstjes, gevulde krab, port en veel rode wijn.

donderdag, oktober 16, 2003

COMPLOT?
Woensdag 15 oktober. Stinkend van het zweet werden we wakker en besloten dat het wastijd was. En nog meer plichtplegingen: treinkaartje halen voor de reis naar Goa en foto's ophalen. De dag ervoor waren we nog te laat geweest, op het station, nu waren we pal voor de lunchtijd van het bedienend personeel aan de beurt. Bij het verkopen van het kaartje probeerde onze zakenpartner van overheidswege een truc, dat zou natuurlijk lachen zijn tijdens het naar binnen werken van de zelf meegebrachte boterhammen! Hij zei ons dat de trein van vrijdag 2e klasse vol was. Met airconditioning kon wel maar dat was veel duurder. Op onze vraag of zaterdag ook mogelijk was, antwoordde hij dat dat wel kon maar dat hij dat alleen vandaag kon regelen als we met dollars zouden betalen. Indien met roepies moesten we vrijdag maar terug komen.
De tiet!
Een oude truc, die men meer ziet in derdewereldlanden: zoveel mogelijk zonder het naar beneden halen van de eigen munt proberen harde valuta binnen te krijgen. DDR-praktijken. In het geval van India slaat het nergens op; de roepie heeft tegenover dollar, pond en euro een volledig vrije wisselkoers en is te allen tijde inwisselbaar. Daarbij staat de dollar helemaal niet zo goed, naar roepiemaatstaven, dus waar was hij nou helemaal mee bezig?
Dit niet zeggende, maar wel zo kijkende en bovendien zijn Feyenoord-shirt aanhebbende, zond Wouter de man enkele hatende blikken, die eigenlijk te ver gingen. Hij had bovendien een sikje laten staan, onder de lip maar niet erboven, hetgeen mogelijk nog aan het verpletterende effect kan hebben bijgedragen.
Opeens konden we zonder problemen voor de normale prijs voor de 17e oktober een 2e klasse plaats reserveren!
Hem een fijne lunch wensend en verguld met ons treinkaartje liepen we het station uit. Dichtbij was de volgens de Lonely Planet prima fotozaak Standard Supplies & Co. Toen we daar onze foto's bekeken, maakte de toeristenlach snel plaats voor alweer een 'ik word bij de poot genomen en dat neem ik niet'-grimas. De kiekjes waren mooi, toegegeven, maar minuscuul op een grofkorrelig papiertje geplempt. Het APS-principe van drie formaten was, in tegenstelling tot de toezegging, niet begrepen. De negatieven lagen, ook al hoogst onregelmatig, uit de huls. Die laatste was weggegooid. Wel hadden ze een prima cd-rom gemaakt van 1 van de 3 rolletjes maar dat schijfje was een kleine pleister...
Het vooruitzicht dat het gebeurde onomkeerbaar was maakte ons perplex. Zonder de noodzakelijke stampij te maken verlieten we de nering.
Maar de was maakte alles weer goed! Erika vroeg een werkneemster bij een schoonheidssalon waar een goede, betrouwbare wasserette was en deze mevrouw wist het meteen. Daarheen brachten we de plunje. Hoewel de dag eigenlijk helemaal gereserveerd was voor klusjes (in de hitte hier kun je niet zoveel) konden we nog wel iets doen, namelijk naar de Marine Drive, waar een geweldige zonsondergang was. Hier aangekomen bleek het rolletje in het meegebrachte fototoestel vol. Na het zien van de inderdaad prachtige zonsondergang boven de skyline van Bombay gingen we eten bij een pizzeria.
Donderdag moest het er echt van komen: Bombay zien en dan verdwijnen. Uit Bombay althans. Na het verlaten van het hotel zagen we enkele travestieten. Die waren er ook vroeg bij! In een koffiebar beten we onder het uiten van enkele strijdkreten moedig in de kaasbroodjes. Snel, want we wilden wat doen. Manhaftig liepen we uit de airconditioning de hitte weer in. Eh...waarheen? Naar het museumschip Vikrant natuurlijk, een Brits strijdschip dat nog had bijgedragen aan het verdrijven van de Portugezen uit Goa.
Opgeheven wegens lekkage.
Daarop besloten we wegens de hitte kalm en aan wal te blijven. We verzonnen wel wat anders: de National Gallery of Modern Art.
Dicht wegens verandering van expositie. WEL ALLE.
Ten einde raad besloten we met de bus wat door het centrum te gaan rijden. Ze hebben hier mooi dubbeldekkers en daarvandaan kun je dan mooi de prachtige Gothische gebouwen zien. Er kwam geen bus, zodat we een taxi namen. We spraken af naar Chowpatty Beach te gaan, daar zou het echt happening zijn.
No such luck.
Er was wel een Pizza Hut en ook een New York New York, een popi eethuis. Met een leren tong liepen we hier naar binnen, eerst een milkshake ofzoiets voor we de ongetwijfeld vele bezienswaardigheden alhier konden gaan zien.
Terwijl Erika ontdekte dat ze 300 ml warm schudsel moest gaan wegwerken, keek Wouter maar eens in de reisgids. Hij zag pas toen dat de meeste niet-museale bezienswaardigheden gebouwen waren, die we tijdens onze herhaalde tochten naar het station al hadden gepasseerd. Chowpatty Beach was alleen 's avonds leuk wegens het uitzicht op de snelwandelaars, aldus het gidsje.
Maarrrrrr...de Jehangir Art Gallery was wel open, en dat tot zeven uur! Daar gingen we heen, om hedendaagse kunst van Bombays jonge honden te zien. Dat was werkelijk mooi, vooral een schilderijenserie over het treinwezen als thema voor de Indiase weg naar onafhankelijkheid. Een bekend verhaal met een moderne inlijsting. Een andere serie was qua thematiek onbegrijpelijk, ook in het Engels, maar wel heel erg fraai fragmentarisch gemaakt. En ach, dat is toch veel beter dan iets zonder het te begrijpen lelijk te vinden. Aan een derde serie, iets hippiesch over dromen en nimfen, hebben we daarom niet zoveel tijd meer besteed.
We moesten immers terug om de was op te halen. Dat lukte wonderwel. Tegen zonsondergang, nu met nieuw rolletje in fototoestel, gingen we maar weer terug naar de Marine Drive. Daar maakten we de gewenste kiekjes. Terug in cafe Leopold kreeg Erika weer iets heel anders dan ze verwacht had maar het was naar eigen zeggen wel lekker.
We hopen dat er morgen geen blaadjes op de rails liggen.

dinsdag, oktober 14, 2003

TRILLER
Zondag 12 oktober zal ons nog lang heugen. We vertrokken (zoals ons beloofd was) per luxe bus naar Bombay. Nadat we onze plaatsen hadden ingenomen begon de bus te rijden. Onze medepassagiers lieten door kotsen, spugen en ander producerende geluiden ook weten dat ze er waren. Mooi, de reis zou uiteindelijk 20 uur duren.
De stoelen in de bus waren beter dan in voorgaande busreizen, maar de wegen daarentegen waren veel minder egaal. We zijn nog nooit zo lang en zo heftig door elkaar geschud. De volgende dag kwamen we na een uitputtende reis aan in Bombay.
Wat ons zeer verbaasde was, dat de taxichauffeurs hier absoluut geen aanstalten maakten ons een rit aan te bieden en ook totaal geen Engels spreken. (En dat in zo'n hippe stad!) Na wat handen en voeten discussies kwamen we aan bij een hotel....dat helaas nog maar een kamer had voor 1 overnachting. Nee dit kon toch niet waar zijn. Dit was de druppel die de lijdensemmer deed overvloeien. We raapten al onze laatste beetjes energie bijelkaar en na enig bellen konden we terecht in Hotel Sea Lord. Een claustrofobisch hok met een douche, maar voor een prima prijs naar Bombayse maatstaven.
Na per douche afstand te hebben gedaan van vieze luchtjes, hebben we ons heerlijk volgestopt bij die goeie ouwe clown Donald. Voor Erika was dit zo'n vermoeiende bezigheid zodat zij na het eten maar weer terugkeerde naar het hotel om enige uren te slapen. Wouter dacht meer bij te komen van bier en een boekje en vertrok naar een kroeg. De kroeg bleek zo goed te zijn dat ook Erika hier enige uren later te vinden was.
Na de maaltijd steeg de waardering voor Bombay flink. Het is hier hip; spijkerbroek ipv sari, koffiebar ipv kraampje, megaballonnen en mobieltjes.
Dinsdag 14 oktober werden we rond een uur of twaalf wakker. Wegens de goede ervaringen in cafe Leopold, de bar van maandag, gingen we hier ontbijten. Daar werd besloten eerst maar een treinkaartje te halen naar Goa. Bombay heeft twee kopstations, wij moesten naar Chhatrapati Shivaji Terminus (eind jaren negentig heeft de gemeentepolitiek hier besloten alle door de Britten achtergelaten namen in het Maratha te vertalen, hetgeen vooral met taxichauffeurs nogal wat misverstanden geeft; dit station heette eigenlijk Victoria Terminus). Tijdens het lopen viel ons pas goed op hoe indrukwekkend Bombay eigenlijk is. Schitterende Victoriaanse bouwstijl, er rijden dubbeldekbussen en de straat is soms zelfs brandschoon. Geen riksja's hier maar zwartgele taxi's. Iets na drieen kwamen we aan bij het reserveringsbureau, waar maar eens bleek hoe slecht Wouter kan luisteren. Erika had in Leopold al gewaarschuwd dat het reserveringsbureau om drie uur dicht ging en dat we dat niet zouden halen maar Wouter had dit met een blik op zijn nog lang niet oppe kop koffie weggewuifd. Woensdag dus maar weer terug.
We hadden nog wel tijd om het v\h Prince of Wales museum (Maratha: Chatrapati Shivaji Maharaj Vastu Sangrahalaya. Lingo kan men hier waarschijnlijk alleen in de 20+-lettervariant spelen en dat geeft saaie tv) te bekijken. De truc met de studentenpas aan de kassa lukte weer eens en zo stonden we voor een prachtig groot gebouw in Islamo-Saracenische stijl. Dat wil zeggen een beetje van alles: Rajasthaanse nissen om de deuren, een soort adellijke behouting rond de tweede verdieping en bovenop een soort moskeeige koepel. Erg mooi en fraai gecombineerd. In het inwendige werd begonnen met een aardige kopie van een Parijs beeldje. Daarna volgden sculpturen van enkele gouwe ouwen uit het hindoe-geloof: Brahma, Vishnu, enzovoort. Heel oud en heel fraai. Met name de afbeelding van Ganesh, de trouble shooter onder de goden hier en daardoor zeer geliefd met zijn dikke, voldane pens en olifantenkop, was heel beeldend. Een audiogids gaf toelichting, gelukkig niet alleen in Maratha. Een beetje een slijmbal, die kerel in het binnenste van het apparaatje: "Right now I told you everything about Ganesh. Do you want to know about the next sculpture? Take your time! I\ll meet you at the 'next'-button...". Highly entertaining. Bovenin enkele schilderijen uit Vlaamse, Nederlandse en Britse school, die erg fraai waren maar soms achter spiegelend glas zaten. Ze kwamen uit de collectie van de familie Tata, een soort Indiase Philips. Staalfabrieken, autofabrieken, vrachtautofabrieken...als Tata failliet gaat, is India pleite. De achtergrond van deze familie, enkele bourgondisch levende industrielen uit de 19e eeuw, werden door onze vriend de apparatski he-le-maal toegelicht. Leuk was ook om te zien dat het abstract schilderen ook zijn weg naar India heeft gevonden. Mooie schilderijen met diepte erin. Er waren ook nog miniatuurschilderijen en wapens maar gezien de tijd lieten we die ongemoeid. De lokettisten hadden hier nogal een houding dus we moesten op tijd uit het gebouw zijn anders zouden ze ons zeker tot de volgende morgen opsluiten in potjes en pannetjes.



maandag, oktober 13, 2003

STAD EN ZAND
Donderdag 9 oktober. Het werd tijd een besluit te nemen, waar we na Udaipur heen zouden gaan. De keuze ging tussen enerzijds Ahmedabad en Diu en anderzijds Bombay en Goa. Na de hele dag in boekhandels informatie te hebben opgezocht over al deze oorden, viel de keus op het laatste. Eerst India's meest energieke stad bekijken en dan richting strand. Dit alles met medeneming van veel koloniale architectuur...
Vrijdag 10 oktober waren we bijgekomen van het besluit en besloten we Shilpgram te bezoeken. Dit openluchtmuseum liet zien hoe men in Rajasthan, Gujarat en Maharastra traditioneel leeft en woont. Een rustig bezoek, maar wel met veel lieden die iets wilden verkopen. Toen als welkom een traditionele dans werd opgevoerd, bleken we, ondanks dat we helemaal niet aan de dans meededen, zelf andermans brandpunt te worden. Voor hele families moesten we op de foto.
Na ruim een uur bezichtigen werd onze riskja-chauffeur ongeduldig. Op zijn horloge tikkend, met een uitdrukking op zijn gezicht of wij van de KGB waren, liep hij op ons af. Hierop besloten we nog een rondje te lopen, niet om te pesten maar om zeker te zijn dat we ons niet lieten koeieneren (welk woord overigens in Indiase context veel positiever overkomt).
Eenmaal terug in Udaipur vond Wouter het tijd zich een overhemd aan te laten meten. We zouden namelijk de zaterdag dineren in het Lake Palace hotel en dan kun je niet in lompen aankomen. De keuze viel op een oranje kortmouwig hemd, leuk ook voor Koninginnedag of als het Nederlands elftal onverhoopt nog mee gaat doen aan het EK voetbal van de zomer. Over de prijs werd lang gediscussieerd. Het werd een wedstrijd 'zo moeilijk mogelijk kijken en zoveel mogelijk toetsen op de rekenmachine indrukken'. Wouter werd uiteindelijk prijsnemer, op voorwaarde dat de volgende dag een half uur mocht worden geinternet in diezelfde winkel.
's Avonds bleken we van de onderhandelingen over het overhemd zo blij geworden dat we appelkruimel- en schwarzwalder kirsch gebak besloten te gebruiken in cafe Edelweiss (ook bekend als de bekkerij uit een eerder verhaal). In dit originele konditorei-concept naar Duits model stond een leuke, gedreven kerel te bedienen die voluit vertelde over zijn bestelbeleid en zijn bruinbrood. Leuk en lekker, etwas weniger wahre weniger gewesen.
Zaterdag, kaartjes op zak voor de busrit naar Bombay, begonnen we met een Veel Te Zwaar Ontbijt. Om daarna toch weer eetlust op te doen, besloten we de Kala Mati Tempel te bezoeken. Deze ligt op een bergrug op zo'n 250 meter hoogte boven Udaipur. Gaaf. Klimmen. Op onze walkman hebben we verslag gedaan van deze col. Beide bereikten we binnen het kwartier de top en hadden zo een prachtig uitzicht over Udaipur. Kijken en de rest erbij denken want praten ging even niet meer.
Deze zwijgpartij had wel zijn voordelen want de eetlust was, aanvankelijk, weer helemaal terug. Met een bootje kwamen we aan boord van het Lake Palace, zoals eerder gemeld het gebouw dat een hoofdrol speelt in James Bond's Octopussy. Met grote plannen betraden Wouter Tsjallingsz. en Erika Geraerdsd. het maritieme paleis. De avond begon met Indiase rode wijn - mogen de EU-importbeperkingen hierop z.s.m. worden opgeheven? - en een dansvoorstelling door mannen met trommels en vrouwen met vuurpotten op de schedels. Deze heethoofden maakten er een spectaculair geheel van. Het eten werd echter niet op hun hoofden klaar gemaakt. Wouter maakte tijdens het buffet wel de beginnersfout veels te veel in een keer op te scheppen, waardoor de rest van het zeer smakelijke maal een beetje aan hem voorbijging, en dat terwijl de ambiance zo goed was. Toch een hele aparte avond. Erika bleef stug dooropscheppen en zeggen hoe lekker het was.
Samen met een Duits-Zwitsers stel liepen we verkeerd. Daardoor moesten we naar huis een eind omlopen, samen met hen. Gezellige mensen. Maar: Duitser - Zwitser. Waarom dan niet Zwits- of Duitserland?

woensdag, oktober 08, 2003

THEE VOOR TWEE
De film gaat niet door. Niet met ons in ieder geval, de Azzurri-filmmakers willen ons drie dagen lang en dat vanaf maandag. Gianni, please...
In de tussentijd blijft het hier leuk en hebben we zelf ook een film gekeken, Die another day. Dat straks, eerst ons bezoek aan Fateh Sagar. Het bezoek aan dit eiland kon niet doorgaan omdat het waterpeil in het meer eromheen te laag was. Zat er wel weer een ambtenaar aan iedereen die voor het loket verscheen te vertellen dat de boel dicht was. Verborgen werkloosheid, bezighouerij. Dit kun je toch automatiseren, via een bordje met 'closed'. Ach, hoe westers gedacht. Beteuterd liepen we door naar het naburige Saheliyon-ki-Bari. De Eenzame Planeet nam weer eens flink wraak op de mensheid door een niet kloppend kaartje te verschaffen maar we kwamen er toch. Een mooi klein parkje met veel fonteinen en een klein wetenschapscentrum, door enkele amenuensi keurig bijgehouden. Er stond een nepskelet, en nog een, en wat vissen op sterk water. Aldus bijgepraat over wat er zoals groeit en bloeit, leeft, dood en levenloos is, liepen we terug naar het centrum. In het hotel aten we een niet zo lekkere maaltijd en hadden daardoor extra zin in Die another day. Een leuke film met veel ontploffingen en actie. Alleen was James Bond van keurige gentleman veranderd in een soort knight rider. We hadden duidelijk te lang geen JB-films gezien.
Op het verzoek om een biertje werd ons nu voor het eerst een theepot vol met twee bijbehorende kopjes geserveerd! Op de rekening geafficheerd als 'special tea' bleek dit geen bhang lassi maar echt gewoon gerstenat, dat er goed in ging. Geen idee waarom bier blijkbaar alleen vermomd als thee geserveerd mag worden in ons hotel.
Woensdag. We waren vandaag een maand onderweg. Deze dag werd gebruikt voor een bezoek aan het Sajjan Garh ofwel Moesson Paleis. Het ligt op een meter of 200 boven Udaipur en behoorde ooit toe aan de maharadja's. Eenmaal per riksja boven aangekomen zagen we een bord dat eraan herinnerde hoe de laatste maharadja barmhartig zijn paleis aan het volk ter beschikking had gesteld. In werkelijk gebeurde dit in opdracht van Indira Gandhi, die de maharadja-titel afschafte. Het paleis was sindsdien in onbruik geraakt maar juist dat droeg bij aan de charme ervan. Een schitterende plek, waar we geen genoeg van kregen. Disciplinerend tikte de riskja-chauffeur op zijn horloge en zo reden we, de motor ontkoppeld, omlaag. We lieten ons afzetten bij het Sunset Point. Na het ten dele zien van de zonsondergang, die hier net zo in zijn werk gaat als elders in Udaipur, aten we in een hotel waar een groep De Jong Intra Vakantiegangers het kamp had opgeslagen.
Je kon er heerlijk eten. Je kon er heerlijk eten. Je kon er heerlijk eten.

maandag, oktober 06, 2003

POE(L)IER
Het leek een sombere dierendag te worden. De eiloze vogel voor het raam keek heel beteuterd (zie ook de vorige aflevering). Ook de bezichtigde Haveli monterde ons niet op. Daaro mbesloten we om na enkele vegetarische dagen weer eens lekker dood dier, in casu kip, te gaan eten. Werkelijk de beste continentale hap sinds het verblijf in India. Obers in snit kwamen om de vijf minuten vragen of het echt wel goed en genoeg was. De tongen kwamen los en niet helemaal in rechte lijn maar wel goedgehumeurd liepen we enkele uren later het restaurant uit.
Plots liepen we Anna en Campbell weer tegen het lijf (zie de verhandelingen over Pushkar van 29 september). We hadden met hen een week geleden een heel gezellige middag gehad. Het leuke aan deze mensen was dat het gesprek niet slechts het tegen elkaar opbieden van reisverhalen inhield maar ook het bredere geestelijke en reizigersleven. De vriendelijke Melbourners hadden ook een hele leuke dag gehad, waarover in een volgend verhaal meer, en bezwoeren Beneden Onder niet te verlaten alvorens hen in Melbourne te hebben bezocht. Wad'n toeval.
Zondag 5 oktober was er van dierendag geen spoor meer te bekennen. Ook onze vogel was definitief gevlogen. Met reden, want vandaag was een hindoe-festival. Al rond half vier 's morgens werden we wakker van een hoop geraas op straat en dit herhaalde zich met steeds kortere tussenpozen. Aan het ontbijt maar eens naar beneden op straat gekeken. We bleken een eiland van rust in een kolkend geheel van hysterisch op straat dansende zweetlichamen, met allerlei prut op het hoofd en poeier in de zwiepende haren. Men sloeg met stokken tegen elkaar aan. Er werden beelden meegereden op karren (als we goed hebben opgelet van Shiva). Die werden vervolgens in de plomp gegooid bij wijze van ritueel. Met name voor kinderen leek dit echt het dagje van het jaar te zijn, er waren veel en ze waren erg enthousiast.
Even buiten kijken.
Na een paar passen op straat waren we ingesloten door de joelende menigte, die ons als om te zeggen "Er mag gedanst worden" dwingend meesleepte aan de armen. Een paar flinke rechtsen ontwijkend liepen we verder. We kregen zoetigheid aangeboden, die was heel welkom. We liepen kruidwaren zuigend tegen de enorme optocht in. Toen was ons geluk op. Een stuk of dertig kinderen achter een praalwagen zag duidelijk dat we ons ongemakkelijk voelden en niet op Koninginnedag in oktober voorbereid waren en al helemaal geen carnavalsgangers waren en zijn. Terwijl Wouter zich voorstelde hoe wild men hier zou zijn als er een Elfstedentocht zou kunnen worden gehouden in Udaipur, kregen we de volle laag poeier. Autopulver. Geel, roze en groen fluorescerend stonden W. Jut en E. Jul erbij, geen mogelijkheid om terug naar het hotel te komen. Een dankbare taak, ieder die ons zag vond ons het dijenkletsen waard.
Via een klein straatje bereikten we uiteindelijk weer het hotel. We durfden niet meer naar buiten...
Tot we die avond weer zin hadden in kip. We hadden de dag tevoren al het restaurant Ambrai gezien, aan de oevers van het Pichola-meer. Daar kon je goed eten naar men zei. Inderdaad een hele goeie hap gehad. Net toen we weg wilden gaan, werden we aangesproken door iemand die net de eettafel betrad. Of we het leuk vonden om te figureren in een Italiaanse film die Christmas in Udaipur zou gaan heten?
Poeder brengt geluk.

zaterdag, oktober 04, 2003

DIERENDAG VERPEST DOOR BILL GATES!

Wat doe je als je bijna je nieuwe stukje voor de site klaarhebt en Windows 98 besluit je eruit te gooien......
Gewoon maar weer opnieuw beginnen.

Afgelopen donderdag zijn we eindelijk uit Pushkar vertrokken naar Udaipur. Wouter had inmiddels genoeg van de hotelkamer muren en Erika van steeds hetzelfde winkelstraatje. De bus zou om 12.30 vertrekken en inderdaad op de genoemde tijd stond er ook een bus klaar. Helaas was het meer een soort pendeldienst naar Ajmer (op 11 km bergafwaarts). In Ajmer werden we langs de kant van een hoofdweg afgezet met onze bagage. Vanaf toen konden we gaan hopen dat er een bus zou komen die ons naar de plek waar het uiteindelijk om draaide, Udaipur, op zou komen dagen. Ondertussen probeerde Erika het milieuprobleem in India op te lossen. Ze bracht een lege plastic waterfles naar een kiosk aan de overkant. Mislukte aktie, ze werd ronduit uitgelachen om dit goedbedoelende gebaar. Het was 13.30 en we stonden nog steeds in Ajmer (er was ons verteld dat de totale reis naar Udaipur 8 uur zou duren). Toen de zon hevig op onze hoofden brandde en de hoop op onze bus bijna was opgegeven, kwam daar toch een touringcar aanrijden! Uiteindelijk waren we om 14.30 dan toch echt op weg. De bus was afgeladen vol met Indiërs en een handjevol toeristen. Tot onze verbazing stopte de bus onderweg om nog meer mensen toe te laten, maar, maar, dat kon toch niet waar zijn? Jawel, al snel werden er een aantal krukjes tevoorschijn getoverd en dan kon het allemaal best. Bezweet en gebroken kwamen we dan eindelijk om half negen 's avonds in Udaipur aan. Het hotel was snel gevonden. Het bleek een prachtig hotel (in oude Maharaja stijl) en zo was onze kamer ook. Het dakterras biedt een mooi uitzicht op het waterpaleis, waar ook James Bond in de film Octopussy al Back Gammon'ed heeft doorgebracht. Vrijdagavond hebben we de film gezien op het dakterras. Niet heel bijzonder hier, want de hele stad is apetrots op de film en laat dit blijken door in elk hotel deze film te vertonen.
Zaterdagmorgen half vijf werden we geheel ongevraagd gewekt door pannenroffelaars in de straat. Niet alleen wij werden gewekt, ook de vogel die zich genesteld had in een van onze vensters. Van schrik was de vogel van het ei gevlogen. (en dat nog wel op dierendag verjoempe).
's Middags zijn we naar het Bagore-ki-Haveli geweest. Dit is een gebouw dat vroeger behuisd werd door de notabelen van Udaipur. Vandaag den dag is het een museum. Wat rest is alleen een heleboel kamers met heel veel potjes, pannetjes, sari's en andere snuisterijen van die notabelen. Beneden was er nog een schilderijen collectie te bewonderen, maar het meest bewonderenswaardige aan dezen was nog wel dat ze behoorlijk met pen beklad waren door vandalen, wel alle.
We hielden het snel voor gezien bij het museum en begaven ons weer op straat. Waar we hoorden: "Nouh, maar hiiieer zitt ook well een bekkerij hoooor" Medelanders die een Duitse bakkerij hadden ontdekt.

woensdag, oktober 01, 2003

GRIEP GEHAD
Beste mensen, u heeft een tijdje niets van ons gehoord want Wouter is bedlegerig geweest. De zaterdag was nog een hele leuke dag geweest. Tot grote vreugde kon Wouter het toch wat al te sarcastische en onsamenhangende boek van A.F.Th. van der Heijden inwisselen voor een politieke biografie van Willy Brandt. Een germanofiel die niet van sarcasme en wel van samenhang houdt, wordt daar blij van.
Te vroeg gejuichd.
Werd zondagmorgen wakker met warm hoofd en dacht meteen: dit kan alleen maar malaria zijn. De verdere zondag in bed doorgebracht, zich afvragend hoe dit toch kon gebeuren en of het inderdaad malaria zou zijn. Erika trad verplegend op. Toen de koorts 39,5 was, werd duidelijk dat een dokter gevonden moest worden. In de persoon van Sanjay Gupta vonden we deze. Hij wilde drie verschillende lichaamsstoffen (prijsvraag: welke drie?) en die moesten geleverd worden (hint bij de prijsvraag: 1 stof door de dokter afgenomen, met de tweede had Wouter geen moeite maar met de derde enorm).
Maandagmorgen werden de eerste twee doosjes afgeleverd, dinsdag de laatste. Dinsdag ook herrees de zieke Phoenix uit zijn bezwete bed. Dokter Gupta had niks gevonden. Mooi. Meteen de hele dag opgebleven, een rondje om het prachtige heilige meer hier in Pushkar gelopen en een praatje aangeknoopt met twee Melbournezen, dat uiteindelijk een uur of zes zou duren. Aardige mensen, evenals de Pushkarners die Wouter op straat lopend weer herkenden en informeerden naar zijn toestand.
Ook het laatste, gewraakte potje bleek in orde. Een flinke griep heeft huisgehouden en nu is het een kwestie van aansterken. Dat zal ten dele in de bus naar Udaipur gebeuren want Pushkar is een dusdanig klein en heilig dorp dat er niet zo veel vertier is en de bezienswaardigheden snel gezien zijn. Een goed dorp ter vergelijking in Nederland zou Beetsterzwaag of Staphorst zijn.
Morgen gaan we waarschijnlijk naar Udaipur. Nederlands vergelijkingsmateriaal is hier wat moeilijker. Je denkt misschien: dat is natuurlijk ook weer zo'n dorp, neen, het heeft meer inwoners dan onze hoofdstad.

NB de winnaar van de prijsvraag maakt kans op drie van de beschreven en aldus goedgeraden potjes! Een onafhankelijke jury, bestaande uit Wouter en Erika, zal de inzendingen beoordelen. Wouter, Erika en Sanjay Gupta zijn uitgesloten van deelname.

This page is powered by Blogger. Isn't yours?